Kwaliteit van ons onderwijs

Doelen en resultaten van ons onderwijs

Arcade

Wat is kwaliteitszorg?

Kwaliteitszorg is de wijze waarop de school werk maakt van het continu streven naar verbetering en borgen van kwaliteit. Scholen werken met een plan om de kwaliteit van hun onderwijs te verhogen. Het plan helpt hen om onderwijs te blijven bieden waar alle betrokkenen tevreden mee zijn. Kwaliteitszorg gaat over de zorg voor de kwaliteit van onderwijs en de manier waarop de doelen in het plan worden bereikt.

Het bestuur heeft ook een plan, het ‘Strategisch Beleidsplan 2019-2023', waarin we onze ontwikkelrichting voor de komende vier jaren beschrijven. Er is een agenda vastgesteld, waarin ambitieuze doelen zijn opgenomen. Jaarlijks bespreken we of we onze doelen hebben bereikt en hoe we verder gaan.

We hebben vastgelegd welke kwaliteit we binnen onze scholen willen zien, hoe dit wordt verantwoord en welke acties worden uitgevoerd. We baseren dit op het Inspectiekader 2017. De doelen van het onderwijs zijn vervolgens in de schoolplannen op scholengroepniveau en/of schoolniveau specifiek beschreven en worden jaarlijks besproken en vervolgd.

Onderwijsstichting Arcade monitort de resultaten van het onderwijs met behulp van het Kwaliteitszorgsysteem Kwintoo en Ultimview van ParnasSys. In managementgesprekken worden doelen en resultaten van het onderwijs met de directeuren besproken:

Zijn de door de school gestelde doelen behaald?
Zijn de resultaten van voldoende niveau?
Is er sprake van een ononderbroken ontwikkeling van de leerlingen?
Welke interventies zijn gepleegd en wat zijn de effecten hiervan?
Hoe gaat de school planmatig te werk?
Zijn de aangeboden scholingen op bestuursniveau passend bij de organisatieontwikkeling en de persoonlijke ontwikkeling van de leerkrachten?

Maatregelen van het bestuur ter verbetering van de onderwijskwaliteit

Twee keer per jaar gesprekken met de directeuren over de doelen en resultaten van het onderwijs;
Tweejaarlijkse tevredenheidsonderzoeken onder ouders, leerlingen en personeel;
Tijdens directieoverleg bespreken kwaliteitszorg op schoolniveau en bestuursniveau (uitwisselen van ervaring en leren van en met elkaar);
Indien nodig facilitering in personeel en materiaal;
Jaarlijks afstemmen bovenschools aanbod scholing voor organisatie en persoonlijke ontwikkeling;
Afspraken maken over de resultaten en de voortgang monitoren (PDCA cyclus); plan van aanpak bespreken;
Managementgesprekken t.a.v. duurzame onderwijskwaliteit.

Ontwikkelingen op onze school

Wij blijven tot nu toe wat betreft leerlingenaantal stabiel. Deze beweegt zich de laatste jaren rond de 30. De "klassieke" verdeling van groep 123, 45 en 678 hebben we losgelaten en nu werken we in 2 basisgroepen: groep 1-4 en groep 5-8. Belangrijkste redenen voor deze wijziging zijn de huidige onderwijskundige inzichten en de instructiedruk die door leerkrachten werd ervaren. Een vol rooster levert veel tijdsdruk op. We zijn daarom 2 jaar geleden gestart met een leerplein centraal gelegen in de school. Dat leidt tot de volgende uitgangspunten binnen ons onderwijs:

Er zijn 2 basisgroepen (groep 1-4 en groep 5-8, respectievelijk 16 en 17 leerlingen)
In deze basisgroepen is altijd 1 leerkracht beschikbaar, die de instructies verzorgd. Daarnaast is er altijd een leerkracht en/of onderwijsassistent extra in de groep om leerlingen te ondersteunen en extra instructies te geven.
In de school worden alle lessen tegelijkertijd gepland. (voorbeeld: we starten allemaal met lezen en daarna rekenen we allemaal etc.). In de middag werken we thematisch, is er tijd voor wetenschap en techniek of creatieve vorming.
Voor elk vak worden er instructiegroepjes op niveau gepland. Dat betekent dat leerlingen uit verschillende jaargroepen bij elkaar in het instructiegroepje kunnen zitten. (groepsdoorbrekend onderwijs)
Deze instructielessen geven we verspreid in de school. Hierbij zetten we ook ons leerplein in. Instructies hoeven niet altijd aan de hand van de methode gegeven te worden. Veel kinderen hebben bijvoorbeeld ook baat bij bewegend leren. Daarvoor is nadrukkelijk ook ruimte.
Leerlingen hebben een vaste plaats in het lokaal of op het leerplein waar ze zelfstandig kunnen werken.
Instructies worden in het lokaal of op het leerplein gegeven.
Leerlingen hebben een weektaak waarmee ze zelfstandig aan het werk kunnen als ze de lessen af hebben. De weektaak wordt zoveel mogelijk afgestemd op het kind. Daarnaast hebben we een plusaanbod voor leerlingen die sneller door de gewone lesstof heen gaan. Binnen de stichting is er voor deze plusleerlingen de mogelijkheid om vanaf groep 4 in overleg met leerkracht en Intern begeleider mee te doen aan Leren in verbinding" of de Breinsteingroep. Dit kan alleen als een leerling aan bepaalde voorwaarden voldoet. Deze staan in het zorgboekje vermeld.
Voor elke basisgroep zijn 2 (deeltijd) leerkrachten verantwoordelijk. Verantwoordelijk zijn houdt in dat ze samen de lessen plannen, de weektaken maken en de gesprekken met ouders voeren.
Voor groep 3 geldt ook dat ze nagenoeg hetzelfde rooster hebben als gr 4-8, maar zij werken in de klas en niet op het leerplein. Voor het lezen en rekenen wordt in het begin van het schooljaar de methode gevolgd. Mochten er kinderen zijn die gaande het schooljaar aan het leerplein toe zijn, dan worden ze te zijner tijd ingepland.
De taaldoelen voor mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid zijn geïntegreerd in het thematisch werken. We nemen daarbij de SLO-doelen als uitgangspunt. Op deze manier maken we taal meer betekenisvol en krijgt het schrijven van diverse tekstsoorten een grotere rol. Door de aandacht voor het schrijven te verhogen, verwachten we ook het spellingonderwijs een boost te geven.
Het vak Begrijpend Lezen staat niet apart op het rooster, maar het lezen van teksten is geïntegreerd in het thematisch werken. We gebruiken rijke teksten die aansluiten bij de beleveningswereld van kinderen.
Op de momenten dat er minder personeel beschikbaar is, worden zoveel mogelijk lessen gepland die hetzij worden verzorgd door een externe (HVO/GVO, muziek, gym), hetzij lessen die prima in de basisgroep kunnen worden gegeven (ICT/Techniek, topo, leesbeleving etc)

De focus in ons onderwijs ligt de komende jaren op de basisvaardigheden, taal, (begrijpend) lezen en spelling. Voor lezen zetten we in op leesmotivatie door extra ondersteuning vanuit de bibliotheek voor bijvoorbeeld het voeren van leesgesprekken en het aanschaffen van extra boeken voor de schoolbibliotheek. Ook het thematisch werken heeft hier een positieve invloed op. Immers hier wordt van de leerlingen een actieve onderzoekshouding verwacht, waarin ze zelf op zoek gaan in boeken naar de informatie die ze nodig hebben om hun vragen te beantwoorden. Gecombineerd met de (talent)gesprekken die met de leerlingen worden gevoerd, verwachten we leerlingen hiermee goed voor te bereiden op de toekomst.